Isolatie bij BRMO kind

Inhoud van dit artikel

    Bijzonder Resistent Micro-Organisme (BRMO)

    Onlangs is er bij uw kind een kweek afgenomen waarin een bacterie is aangetroffen die minder gevoelig is voor de gebruikelijke antibiotica. We spreken dan van een Bijzonder Resistent Micro-Organisme, afgekort als BRMO. Ondanks dat deze bacterie minder gevoelig is voor de gebruikelijke antibiotica, zijn er nog wel andere antibiotica beschikbaar als behandeling.

     

    Gezonde mensen kunnen deze bacterie bij zich dragen zonder er last van te hebben. Voor dragerschap is het niet nodig om antibiotica te geven.

     

    Welke maatregelen zijn nodig in het ziekenhuis?

    Iedereen kan drager zijn van een resistente bacterie. Besmetting kan overal ontstaan. Er zijn plekken waar meer risico op besmetting aanwezig is.

    Omdat in een ziekenhuis veel mensen bij elkaar liggen is het mogelijk dat de bacterie van de ene naar de andere patiënt overgedragen wordt. Het is belangrijk dat dit wordt voorkomen.

    Tijdens de opname of behandeling betekent dit het volgende:

    • Uw kind wordt verpleegd op een éénpersoonskamer.
    • Ziekenhuismedewerkers dragen een beschermend schort en handschoenen.
    • U mag de patiëntenkamer alleen verlaten voor een onderzoek of operatie.
    • Bezoek hoeft geen schort en handschoenen te dragen.

     

    Op de polikliniek nemen we geen extra voorzorgsmaatregelen.

     

    Deze maatregelen nemen we tot we zeker weten dat uw kind de bacterie niet meer bij zich draagt. Bij een nieuwe opname van uw kind zullen er kweken afgenomen worden om te onderzoeken of uw kind nog drager is van de bacterie.

     

    Wanneer uw kind onder behandeling is bij een andere zorginstelling vragen wij u het BRMO dragerschap daar te melden zodat ook daar passende maatregelen genomen kunnen worden.

     

    Welke maatregelen kunt u thuis nemen?

    Voor mensen die bij u thuis wonen zijn geen maatregelen nodig. Als uw kind thuiszorg krijgt vragen wij u te melden dat uw kind drager is van BRMO. Zij kunnen dan ook voorzorgsmaatregelen nemen.

     

    Tot slot

    Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Neemt u dan contact op met de kinderarts of uw huisarts.